Tijdens de onderhandelingen over de verkoop van een huis, stuurt de eigenaar van het huis een sms naar een kandidaat-koper met de boodschap dat zijn bod aanvaard wordt. Later verkoopt hij het huis echter aan iemand anders. Het abrupt onderbreken van dergelijke vergevorderde onderhandelingen maakt een fout uit van de verkoper. Hij heeft afbreuk gedaan aan het vertrouwen van de kandidaat-koper dat de compromis met betrekking tot de verkoop van de woning binnen afzienbare tijd een feit zou zijn. Het sms-bericht geldt als begin van schriftelijk bewijs.
Het bericht luidt als volgt: 'Beste, we gaan in op uw bod van 550000 euro voor onze woning. U kan contact opnemen voor de praktische afhandeling met Peter op (...). Vriendelijke groeten'. Gelet op de inhoud van de voorgaande berichten die tussen partijen werden uitgewisseld, kan er wat betreft het voorwerp van de koopovereenkomst geen enkele betwisting bestaan. Het sms-bericht zelf verwijst dan weer uitdrukkelijk naar de prijs. Het bestaan van de koopovereenkomst met betrekking tot de woning tegen de prijs van 550000 EUR wordt, door voormeld sms-bericht, zeker waarschijnlijk gemaakt. Dat een en ander nog praktisch diende te worden geregeld, doet hieraan geen afbreuk. Het sms-bericht is ook een geschreven akte. Elke materiële drager kan een begin van bewijs door geschrift bevatten, zo ook een gsm-toestel. Dergelijke toestellen dienen immers om schriftelijke berichten te verzenden. Het bericht werd eigenhandig getypt (dus schriftelijk) verstuurd van het gsm-toestel van de verkoper en heeft het gsm-toestel van de kandidaat-koper, de bestemmeling van het bericht, bereikt. Aangezien een begin van schriftelijk bewijs voorligt, is het toegelaten gebruik te maken van aanvullend bewijs, zelfs getuigen en vermoedens. De kandidaat-koper faalt in zijn verdere bewijslast en slaagt er niet in het bestaan van de koopovereenkomst aanvullend te bewijzen. Naast de sms-berichten liggen geen dienstige bewijsstukken voor. Er liggen weliswaar telefoongegevens voor die bevestigen dat er telefonische contacten geweest zijn, maar de inhoud van deze telefoongesprekken is niet gekend. Na het voormelde sms-bericht werd geen enkel sms-bericht meer verstuurd. Er werd geen briefwisseling (of e-mails) uitgewisseld, behalve dan de ingebrekestellingen, die evenwel onmiddellijk geprotesteerd werden. Geen enkel navolgend stuk bevestigt met andere woorden dat partijen tot een overeenstemming waren gekomen over het voorwerp van de overeenkomst en de prijs.
0 Comments
|
Details
Auteur
|